Informatie van groep 4
Dit zijn de doelen waar we in groep 4 aan werken en de methodes die we gebruiken:
Bijbellessen/levensbeschouwelijk onderwijs
We beginnen de dag met een verhaal, en lied of een gebed uit de methode Trefwoord. Ook eindigen we de dag met een lied of gebed. In de methode Trefwoord vinden we verhalen uit de bijbel en spiegelverhalen die ons de betekenis van bijbel verhalen uitleggen, maar die ons ook een spiegel voorhouden van ons handelen, los van een geloof. We voeren daarnaast gesprekken met elkaar over de betekenis van die verhalen in ons eigen leven.
Taal, Spelling, Technisch- en Begrijpend lezen
Voor Taal en Spelling gebruiken we de methoden Taal op Maat en Spelling op Maat.
Tijdens de taallessen werken we aan diverse doelen zoals:
- Vergroten woordenschat.
- We leren wat naamwoorden zijn en dat daar ‘de’ of ‘het’ voor moet.
-We leren ook dat je met extra woorden meer kunt vertellen over naamwoorden, bijv. : deze twee leuke poezen.
- We leren wat ‘doe-woorden’ zijn: werkwoorden
- Ook leren we hoe we goede ‘vertelzinnen’ moeten maken: De juf tekent.
– En hoe we ‘vraagzinnen’ moeten maken: Tekent de juf?
-We leren dat vertelzinnen beginnen met een hoofdletter en eindigen met een punt en dat vraagzinnen beginnen met een hoofdletter en eindigen met een vraagteken.
Bij spelling leren we de woorden op de goede manier schrijven. De kinderen oefenen naast de klassikale spellingslessen ook extra op de computer.
Bij technisch lezen oefenen we met behulp van de methode Estafette allerlei leesmoeilijkheden. In groep 4 doen we dat vooral door veel ‘leeskilometers’ te maken. Elke ochtend en middag starten we met het oefenen van ‘Vloeiend en vlot’ en daarna lezen we nog 10 minuten in een boek uit de bibliotheek.
In de bibliotheek op school kunnen kinderen hiervoor 3 boeken lenen. Deze boeken mogen ook mee naar huis genomen worden (let op het tijdig weer mee naar school nemen). Maar ook in de klas hebben we diverse boeken staan waaruit de kinderen mogen kiezen.
Rekenen-wiskunde
In groep 4 wordt de getallenlijn tot en met 200 geoefend. We maken sprongen op de getallenlijn van 2, 5 en 10 vanaf ieder willekeurig getal, zowel voor- als achteruit: bijv. 28-33-38-43-48-53-58, maar ook: 98-88-78-68-58.
We leren + en – sommen tot en met 100:
4+6=
68+4=
32+40=
30+40=
70-50=
52-6=
14+6=
52-6=
67+14=
We leren wat x sommen zijn (tafels). De tafels van 1 t/m 5 en 10 moeten geautomatiseerd zijn aan het einde van groep 4.
We leren hoeveelheden verdelen in gelijke groepen. Bijv: Koen legt 25 boeken in een kast, op elke plank legt hij er 5. Hoeveel planken heeft hij nodig?
We reken met geld:
- We leren gepast betalen met eurocenten en euro’s tot €100,-
- We leren geld terug geven vanaf 10, 20, 50 en 100 euro.
We leren klokkijken: De hele en halve uren. Kwart voor en kwart over, 5 en 10 voor en 5 en 10 over het hele en het halve uur. We leren op een analoge klok (wijzers), maar we oriënteren ons ook op een digitale klok.
We leren meten in centimeter en meters en gebruiken de centimeter, de liniaal en de meetlat.
We leren de begrippen liter en inhoud, en de begrippen temperatuur en graden.
We bouwen bouwsels met kubusvormige blokjes en kunnen daar het aantal gebruikte blokjes van tellen, ook die we niet kunnen zien (ruimtelijk inzicht). We leren de plattegrond van bouwsels tekenen met hoogtegetallen.
We leren gegevens verzamelen en daar grafieken van maken. Bijv: Welke sporten beoefenen de kinderen van groep 4? Laat dit zien in een staafdiagram.
De methode die we hierbij gebruiken heet: Pluspunt
Engels
Alle kinderen van groep 1 t/m 8 krijgen les in de Engelse taal. Heel speels met liedjes, spelletjes, tweegesprekjes wordt aan hun woordenschat in de Engelse taal gewerkt. Het is de bedoeling dat het Engels verweven wordt in de andere vakken: tellen in het Engels en bijvoorbeeld een spelletje in de gymzaal in het Engels. De methode die hiervoor gebruikt wordt heet: My name is Tom.
Wereldoriëntatie en verkeer
Voor Wereldoriëntatie wordt gebruik gemaakt van de methode Naut, Meander en Brandaan, die vanaf groep 5 als drie verschillende vakken worden gegeven. In groep 4 worden ze nog gecombineerd aangeboden en leren de kinderen over de thema’s: De seizoenen, Gezond eten, Op weg, Mijn lijf, Dag en nacht, De schat, Een hut en het laatste thema is Overal water. Het is een interactieve methode waarbij kinderen filmpjes zien, zelf informatie moeten lezen, in een werkboek werken en soms proefjes kunnen doen.
De verkeerslessen volgen we bij Veilig Verkeer Nederland d.m.v. ‘Stap vooruit’. We maken werkenbladen waarmee kinderen bewust worden gemaakt van hun rol in het verkeer en de steeds groter wordende verantwoordelijkheid voor hun eigen veiligheid.
Omdat verkeer nu eenmaal het best wordt geoefend buiten in het verkeer, is uw rol daarin heel belangrijk: Geef het goede voorbeeld, oefen met oversteken, met fietsen op de weg, hand uitsteken bij de bocht enz.
Tekenen/handvaardigheid/muziek
De teken- en knutsellessen zullen in het teken staan van de seizoenen, feesten, actuele thema’s (bijv. de kinderboekenweek), of de onderwerpen die bij de andere vakken aan de orde komen.
De liedjes die wij zingen kunnen horen bij de lessen Levensbeschouwing, maar ook bij andere activiteiten zoals dans e.d.
Gym/zwemmen
Op woensdagochtend gymmen we onder begeleiding van een vakleerkracht. Het is belangrijk dat uw kind geschikte gymkleding en gymschoenen mee heeft die dag. Het is handig als de naam van uw kind op die kleding staat; helaas blijven er nog wekelijks spullen in de kleedkamer achter die ‘van niemand’ zijn. Let er op dat uw kind geen sieraden om heeft en dat lang haar in een staart zit.
De zwemlessen worden 4 x per jaar in de Eendraght gegeven. Tegen de tijd dat groep 4 bijna aan de beurt is zult u wellicht benaderd worden met de vraag om als hulpouder mee te gaan. Dit om met name het omkleden zo spoedig mogelijk te laten gebeuren.
De lessen zijn vooral gericht op zelfredzaamheid in het water en ze passen steeds bij het seizoen waarin de les plaatsvindt. Het zwemmen voor een zwemdiploma is iets wat buiten het schoolzwemmen om moet plaatsvinden. Informatie hierover kunt u verkrijgen bij het bureau Sportfondsen Hellevoetsluis.
Wilt u er op letten dat uw kind op de zwemdagen niet al te moeilijke kleding aan heeft. Erg strakke broeken, leggings of maillots zijn lastig aan te trekken over een vochtige huid.
Gedrag
Op het bord in de klas hangen een zgn. blij en droevig gezichtje. Kinderen die laten zien dat zij weten hoe je je gedraagt in de klas kunnen met hun naamkaartje onder het blije gezichtje komen. Lukt het ze om daar te blijven staan, dan verdienen ze aan het einde van de dag een sticker voor op hun stickerkaart. 15 stickers geeft recht op een kleine beloning. Komt de naam van het kind onder het droevige gezichtje, dan moet het na schooltijd even blijven en volgt een gesprek met het kind over het gedrag en hoe dit verbeterd gaat worden. Meerdere malen onder het droevige gezichtje? Dan volgt een gesprek met ouders.
In de groep besteden wij veel aandacht aan de gewoontes van The Leader in me. Deze gewoontes hebben veel betrekking op gedrag. Het aanspreken van kinderen op hun gedrag, zowel positief als negatief, zullen wij zoveel mogelijk vanuit deze gewoontes doen.